An English Dutch Dictionary
 




page 17 of 186 for ""
het werkwoord 
het werkwoordthe verb   
beklimmen (beklom, heb beklommen)to mount  map  info 
beknotten (beknotte, heb beknot)to abridge  map  info 
bekorten (bekortte, heb bekort)to abridge  map  info 
bekrachtigen (bekrachtigde, heb bekrachtigd)to corroborate  map  info 
belachelijk maken (maakte belachelijk, heb belachelijk gemaakt)to mock  map  info 
belanden (belandde, ben beland)to end up  map  info 
belasten (belastte, heb belast)to charge  map  info 
beledigen (beledigde, heb beledigd)to offend  map  info 
belemmeren (belemmerde, heb belemmerd)to impede  map  info 
belichamen (belichaamde, heb belichaamd)to embody  map  info 
bellen (belde, heb gebeld)to call  map  info 
 to make a phonecall  map  info 


show all categories



Read the help about search options, verb conjugation tables, etc.





Search script and dictionary developed by www.valley-trail.com
Compiled in the 21st century