An English Dutch Dictionary
English to Dutch
Dutch to English
whole word, sort by length
page 8 of 9 for "
"
Previous
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Next
nature
>
the animal
>
the mammal
 
the mammal
het zoogdier
the racehorse
het renpaard (de renpaarden)
the rhinoceros
de neushoorn (de neushoorns)
the rodent
het knaagdier (de knaagdieren)
the sheep
het schaap (de schapen)
the skunk
het stinkdier (de stinkdieren)
the sloth
de luiaard
the squirrel
de eekhoorn (de eekhoorns)
the stag
het mannetjeshert (de mannetjesherten)
the stallion
de hengst (de hengsten)
the stoat
de hermelijn (de hermelijnen)
the swine
het zwijn (de zwijnen)
het varken (de varkens)
show all categories
Read the
help
about search options, verb conjugation tables, etc.
Search script and dictionary developed by
www.valley-trail.com
Compiled in the 21st century