An English Dutch Dictionary
English to Dutch
Dutch to English
whole word, sort by length
page 1 of 1 for "
half
"
Dutch
English
de halfgeleider (de halfgeleiders)
the semiconductor
de halfvolle melk
the semi-skimmed milk
de halfzus (de halfzussen)
the half sister
half
half
semi
halfhartig
halfhearted
het halfrond
the hemisphere
het halfvrijstaande huis (de halfvrijstaande huizen)
the semi-detached house
het noordelijk halfrond
the Northern Hemisphere
het oostelijk halfrond
Eastern Hemisphere
het zuidelijk halfrond
the Southern Hemisphere
half
Dutch
half
English
half
categories
bijvoeglijk naamwoord
bijvoeglijk naamwoord of bijwoord
half
Dutch
half
English
semi
show all categories
Read the
help
about search options, verb conjugation tables, etc.
Search script and dictionary developed by
www.valley-trail.com
Compiled in the 21st century